KNHS reglementswijzigingen achterbeenbeschermers

KNHS reglementswijzigingen achterbeenbeschermers

Per 1 april 2019 worden de regels voor het gebruik van achterbeenbeschermers voor pony- en Childrenrubrieken springen aangescherpt. Deze regels golden al voor jonge paardenrubrieken en per 1 april 2020 ook rubrieken voor Junioren en Young Riders en per 1 april 2021 gaat dit in voor alle springrubrieken.

In deze video willen we de inhoud van deze regels verder toelichten.

De achterbeenbeschermers voor jonge paarden moeten aan de volgende eisen voldoen:

Maximale hoogte = 16 cm. Breedte sluiting = minimaal 5 cm.
Ronde beschermende gedeelte moet rond de kogel geplaatst.
Binnenkant moet zacht en glad zijn, zonder drukpunten.
Alleen niet-elastische klittenbandsluitingen zijn toegestaan.
Geen elementen aan of in de beschermers, anders dan een beschermende flap, die zacht is en een beschermende werking heeft.
Kogelringen mogen, mits correct gebruikt en als het totale gewicht van de beenbescherming van maximaal 500 gram per been niet wordt overschreden.

Beschermers aan de achterbenen bij pony- en Childrenrubrieken moeten per 1 april 2019 voldoen aan de volgende eisen:

Maximale hoogte = 20 cm.
Ronde beschermende gedeelte moet rond de kogel geplaatst.
Binnenkant moet zacht en glad zijn, zonder drukpunten.
Twee elastische sluitingen, met een minimale breedte van 2,5 cm per sluiting

Bij beschermers van de achterbenen zijn de volgende twee type sluitingen toegestaan:
Pinsluitingen: Sluitingen met een flap, die over de uitstekende pin past.
Haak- en oogsluitingen: Riemen met een haak aan het einde, die past in een bevestigingsoog.
Ook zijn alle achterbeenbeschermers toegestaan zoals deze mogen bij de jonge paarden, dus met klittenband en zonder elastiek.

Meer informatie over de toegestane achterbeenbescherming vind je hier. In dit document is beschreven welke achterbeenbeschermers zijn toegestaan. De KNHS adviseert officials om dit bestand mee te nemen naar de wedstrijden. De controle op de achterbeenbescherming wordt gedaan door het jurylid dat toezicht houdt op het voorterrein springen. Het jurylid moet bij het gebruik van niet toegestane beschermers aan de deelnemer vragen om deze af te doen. De deelnemer heeft vervolgens zelf de keuze om andere (wel toegestane) achterbeenbeschermers om te doen of om aan de wedstrijd deel te nemen zonder beschermers. Als een deelnemer toch met achterbeenbeschermers start die niet zijn toegestaan, dan wordt de deelnemer uitgesloten of in het uiterste geval gediskwalificeerd. 

Bron: KNHS.nl